Meld je aan op onze nieuwsbrief ontvang 10% korting voor je eerst volgende bestelling!

 

Een weg door het paard 1: De mond en slokdarm

En deze paarden hebben gelijk, want eten is voor het paard van groot belang. Maar wat gebeurt er met het voedsel van het paard? Hoe is het spijsverteringskanaal opgebouwd en welke functies hebben de afzonderlijke organen? In deze serie blogs gaan wij je daarom meenemen op de reis van het voedsel door het paard.
 
Het paardengebit
De paardenmond is gebouwd op het maken van veel kauwbewegingen. Het paard heeft daarvoor 12 snijtanden (6 boven en 6 onder) om het gras af te snijden. Met behulp van de lange, gevoelige en krachtige tong werkt het paard het eten tussen zijn kiezen (24 in totaal). De kauwbewegingen zijn erg belangrijk aangezien de speekselproductie dan op gang komt. Een paard maakt niet zoals de mens continu speeksel aan, maar doet dit alleen tijdens het eten. Een volwassen paard kan tussen de 35 en 40 liter speeksel per dag aanmaken. Dit speeksel is nodig voor het neutraliseren van het maagzuur. Paarden die te weinig kauwen hebben om deze reden dan ook een grotere kans op het ontwikkelen van maagzweren.
Maar het kauwen helpt ook bij het in stand houden van een gezond gebit. Nadat het paard volledig is gewisseld houdt het paard zijn tanden en kiezen voor de rest van het leven. Deze tanden en kiezen groeien en door te kauwen blijven de tanden en kiezen op de juiste lengte.  Het malen van de kiezen hoort soepel te verlopen, een paard dat eten laat vallen (proppen maakt) heeft waarschijnlijk last van zijn gebit. Het is daarom aan te raden om minimaal één keer per jaar het gebit te laten controleren.
 
Wist je dat…
Een paard niet kan overgeven? De maag wordt namelijk afgesloten door een hele sterke spier die het onmogelijk maakt dat het voedsel vanuit de maag de slokdarm weer ingaat.

 
Invloed paardenmond op het voedsel
De mond van het paard is niet alleen noodzakelijk voor het vermalen van het voedsel. Het bevochtigen van het voedsel door het speeksel is nodig voor een soepele doorgang door de slokdarm. Bij te veel droog voer is er kans dat het voedsel blijft steken en dit veroorzaakt een slokdarmverstopping, wat erg pijnlijk en ongemakkelijk is voor het paard. Als het voer vermalen en voldoende bevochtigd is, slikt het paard de voedselbrij door. Vertering van het voer vindt niet plaats in de mond. Het speeksel van een paard bevat niet voldoende verteringsenzymen om zetmeel te kunnen afbreken. Om het kauwen te bevorderen kan het ruwvoer worden verstrekt in een slow feeder. Het paard is dan langer bezig met zijn portie ruwvoer. Het eten van krachtvoer kan worden verlengd door bijvoorbeeld gehakseld gras (of Vital Bix Luzerne) erdoor te mengen.
 
Slokdarm
De slokdarm van een gemiddeld paard is zo’n 120 cm lang en loopt van de keel van het paard tot aan de maag. De slokdarm is flexibel en relatief smal in doorsnee. Als er voedsel passeert kan de slokdarm oprekken tot ongeveer 3cm in doorsnee. De slokdarm is omringd met krachtige spieren die zorgen voor een peristaltiek beweging. Hierdoor kan het voedsel naar de maag worden geknepen.
Als het paard teveel droog voer eet, of voer dat nog uitzet (zoals bijvoorbeeld bietenpulp) dan is er kans op een slokdarmverstopping.

Delen: