Meld je aan op onze nieuwsbrief ontvang 10% korting voor je eerst volgende bestelling!

 

PPID (Cushing) bij paarden

PPID (Cushing) bij paarden

Wat is PPID (Cushing) bij paarden?

Tegenwoordig spreken we niet meer van Cushing, maar van PPID (Pituitary Pars Intermedia Dysfunction). Bij PPID is er een verstoring van de hormoonproductie in de hypofyse. De hypofyse is een kleine klier die onder de middenkwab van de hersenen hangt en een belangrijke rol vervult bij de regulering van een groot aantal hormonen. De zenuwvezels die naar de hypofyse lopen takelen af bij paarden en pony’s met PPID. Dit is erg vervelend, want deze zenuwen hebben een belangrijke rol. Ze geven het hormoon dopamine af, waardoor de hormoonproductie in de hypofyse wordt geremd.  Bij PPID wordt er door de aftakeling van de zenuwvezels bijna géén dopamine meer afgegeven, waardoor de hormoonproductie in de hypofyse ongeremd en op volle toeren gaat draaien.

De bijnieren zijn twee kleine klieren dichtbij de nieren. Het stress-hormoon cortisol verlaagt de aanmaak van eiwitten, verhoogt de bloedsuikerspiegel, onderdrukt het immuunsysteem en heeft een ontstekingsremmende werking. Bij het paard komt PPID vooral voor bij oudere paarden en pony’s: de gemiddelde leeftijd is ongeveer 19 jaar. Ook wordt het wat vaker gezien onder merries en pony’s. Naar schatting komt PPID voor bij ongeveer 15% van de paarden ouder dan 15 jaar. Het tijdig herkennen van de symptomen is belangrijk.

Paard PPID

De symptomen van PPID

Het opvallendste symptoom van de ziekte is het veranderen van de vacht; het paard krijgt een langere, zwaardere en krullende vacht over het hele lichaam. Het heeft iets weg van een schapenvacht. Soms verandert ook de kleur van de vacht. Verder is het paard slomer, heeft hij een dikkere buik, drinkt en plast hij meer (nattere stal), heeft hij een grotere eetlust en neemt - met name over de rug -  de spieromvang af. Daarnaast zijn de paarden die lijden aan de ziekte van PPID extra gevoelig voor infecties en ontstekingen en het krijgen van suikerziekte en hoefbevangenheid. 

1_1

Daarnaast komen ook veel van de volgende symptomen voor:

Vetbulten in de holte boven het oog
Moeilijk genezende wondjes
Overmatig zweten
Verminderde vruchtbaarheid
blog_afbeelding_1_

De diagnose PPID

Aan de hand van de vrij duidelijke symptomen bestaat meestal al een vermoeden richting de ziekte van PPID. Het vermoeden kan door de dierenarts bevestigd worden door bloed- en urineonderzoek. Het kan zijn dat de ziekte nog niet lang genoeg aanwezig is, waardoor de uitkomst niet doorslaggevend is. In dat geval moet de test na drie tot zes maanden herhaald worden.

De dierenarts kan ook een aantal aanvullende testen doen voor het meten van de hormoonreacties. Vaak wordt ook de glucoseconcentratie (suiker) en insulineconcentratie gemeten om te bepalen in hoeverre de suikerhuishouding in het lichaam verstoord is en of er al sprake is van suikerziekte (insulineresistentie). Als dat het geval is neemt het risico op hoefbevangenheid namelijk toe en dat is belangrijk om te weten.

Hoe kan je een paard met PPID behandelen?

De ziekte van PPID is niet te genezen, maar je kunt gelukkig wel iets doen om hoefbevangenheid en andere complicaties te voorkomen of te verminderen waardoor het paard nog lekker van zijn oude dag kan genieten. Zorg ervoor dat je paard bijvoorbeeld niet te dik is en niet te veel insuline binnenkrijgt.

Het komt ook vaak voor dat paarden met PPID een tumor krijgen. Het weghalen van de tumor is helaas technisch niet mogelijk en bovendien is de anesthesie een te zware belasting voor het vaak oudere paard. Bij elke behandeling blijft de tumor dus aanwezig en waarschijnlijk doorgroeien. De behandeling van PPID kan alleen met medicatie die de symptomen helpen verminderen en het leven van het paard op een prettige manier kan verlengen. Er zijn verschillende medicijnen die helpen de PPID  verschijnselen te onderdrukken. Het succes van de behandeling is wel afhankelijk van de mate waarin de symptomen aanwezig zijn.

Een paard met lichte symptomen reageert beter op de behandeling dan een paard dat al chronisch hoefbevangen is of steeds terugkerende infecties heeft. Omdat de tumor niet behandeld wordt en gewoon doorgroeit, blijft het paard de rest van zijn leven afhankelijk van medicijnen. Ook moet hij onder behandeling van de dierenarts blijven voor controle (1-2x per jaar een bloedonderzoek) en zo nodig bijstelling van de medicatie. Voordat je met de behandeling start is het verstandig om samen met je dierenarts in kaart te brengen wat de kansen op een goede (prettige)levensverlenging zijn en welke kosten daarmee gepaard gaan. 

Hoe ondersteun ik mijn paard met PPID optimaal?

Naast eventuele medicatie zijn ondersteunende maatregelen erg belangrijk voor een zo lang mogelijk behoud van de gezondheid van een Cushing paard.  Je paard heeft extra aandacht nodig en zal door deze extra aandacht de ziekte ietsje meer onder controle houden.

Paarden met cushing

Verder is het natuurlijk belangrijk dat je de gezondheid van je paard extra goed in de gaten houdt. Let hierbij met name op:

De huid- en vachtconditie
Behandel wondjes en infecties direct en goed. Omdat de weerstand verminderd is, is hierbij soms de hulp van de dierenarts nodig.  Als het paard 's zomers nog niet van zijn wintervacht af is, help dan door de vacht te scheren. En gebruik 's winters een goede deken om de groei van de haren zoveel mogelijk te beperken.

De hoeven
Let goed op de eerste signalen van hoefbevangenheid (gevoelig en stijf lopen, in rust de voorbenen naar voren en de achterbenen onder het lichaam) en laat een hoefsmid de hoeven elke 8-10 weken bijhouden. Vraag ook de hoefsmid goed te letten op signalen van hoefbevangenheid.

Goed ontwormen en vaccineren
Laat regelmatig een mestonderzoek voor het controleren en zo nodig behandelen van worminfecties, en zorg in overleg met de dierenarts voor een goed vaccinatieschema.

Gebitscontrole
Belangrijk bij oudere paarden, omdat problemen aan het gebit de opname van voer en belangrijke voedingsstoffen kunnen belemmeren. Ook kunnen hierdoor infecties en wondjes in de mond tijdig worden behandeld.

Het rantsoen
Zorg voor goed "graasmanagement", geef bij voorkeur zo veel mogelijk ruwvoer en beperk de hoeveelheid krachtvoer. Als het paard wel krachtvoer nodig heeft, geef dan een voer dat speciaal is ontwikkeld voor paarden die gevoelig zijn voor suikers.

Paarden met cushing

Producten die kunnen bijdragen voor jouw paard met PPID

Wij hebben een aantal producten voor jou geslecteerd, mocht jij te maken hebben met een paard die PPID heeft. Bij vragen raadpleeg altijd je dierenarts.

Blogafbeelding_

Delen: