Meld je aan op onze nieuwsbrief ontvang 10% korting voor je eerst volgende bestelling!

 

Gastblog Vitalbix

Gastblog Vitalbix: Zandkoliek - Tips om het te voorkomen, herkennen en aan te pakken

voorkom zandkoliek met de tips van Vitalbix

Wellicht staat jouw paard momenteel in de paddock of op een inmiddels kale weide? In deze tijd van het jaar zien we daarom meer paarden met zandkoliek. Zandkoliek onstaat niet van het ene op andere moment, maar is meestal opgebouwd door een langere periode van kleine beetje zand binnen krijgen. Soms wel maanden of zelfs jarenlang. Preventieve maatregelen zijn dus enorm belangrijk, ook wanneer er geen klachten zijn! In deze blog geeft Vitbalix je tips voor preventieve maatregelen en om de eerste verschijnselen van zandkoliek te leren herkennen.

Hoe onstaat zandkoliek?

De naam zegt het al, zandkoliek ontstaat door zand. Maar er is meer aan de hand. Zandopname is niet per definieite direct het probleem. Een beetje zand in de darmen is niet erg, dat hebben de meeste paarden wel. Bij het eten van de grond komen er altijd wel kleine beetjes zand mee naar binnen en meestal gaat dat in de mest ook wel weer mee naar buiten. Dat is dus heel normaal en zal je paard ook geen last van hebben. 

Zodra er een beetje zand blijft hangen in de darmen wat niet mee gaat in de spijsvertering begint het probleem. Ben je er op tijd bij dan kun je het vaak nog goed behandelen, maar zit er al te veel zand? Dan is er een operatie nodig. Wist je dat er paarden zijn geweest waar ruim 45 kilo zand werd verwijderd? Je kunt je wel voorstellen dat dit niet van 1 dag was... 

Het gaat dus mis wanneer er zand ophoopt en de spijsvertering daardoor wordt verstoord. Dit probleem ontwikkeld zich vaak in de dikke darm. Dit wil je natuurlijk voorkomen want er zijn helaas ook veel gevallen waarbij zelfs een operatie al te laat was. 

Heeft je paard koliek symptomen? Dan is het helaas al vaak in een vrij ernstig stadium en zie je het eigenlijk al te laat. Maar toch kun je dit stadium voorkomen en kun je in een vroegtijdig stadium signalen leren herkennen. 

Tips voor het voorkomen van zandkoliek

Tip 1: Bekijk de bodem eens goed

Hoe zit het met de bodemsamenstelling van de grond waar jouw paard op staat en dus af en toe ook wat zand van binnen krijgt? Belangrijk om te onthouden: Hoe groter de deeltjes, hoe groter het risico op zandkoliek is. Klei of slib is bijvoorbeeld super klein en komt dus minder snel mee in het ruwvoer en mochten ze wel mee komen dan spoelen ze ook makkelijker weer mee met het ruwvoer. De grote korrels zijn ook zwaarder en blijven door het gewicht daarom makkelijker in de dikke darm. Ze zijn vaak ook wat scherper wat ook eerder voor irritatie zorgt. 

Dus hoe korreliger de grond is hoe groter het risico is. Bij een korrelige ondergrond is het dus verstandig om wat vaker een preventieve zandkuur te geven. Ongeveer 1 keer per maand is dan wel verstandig. Bij een lager risico volstaat 1 x per 2/3 maanden vaak wel, maar blijf wel altijd de syptomen in de gaten houden! 

Tip 2: Hoe ziet de voerplek van jouw paard er uit? 

Krijgt jouw paard ruwvoer in de paddock? Doe dit nooit direct vanaf de grond, maar vanuit een bak, ruif of hooinet. Bij het eten vanaf de grond blijft er veel makkelijker zand aan het ruwvoer hangen, staan ze er op, etc. De kans is dus daardoor vele malen groter op zandophoping. Een verharde ondergrond van rubber matten of tegels is dus ook aan te raden. 

Staat jouw paard nog lekker op de wei? In deze tijd van het jaar groeit het gras nog nauwlijks. Er zal nog weinig gras aanwezig zijn, maar je paard zal toch blijven grazen. De korste plukjes worden nog bij elkaar gezocht en daarmee komt dus makkelijk zand mee naar binnen. Ze trekken vaak de wortel en al mee waarbij ook aardig wat zand mee gaat. 

Tip 3: vezels verkleinen de kans op koliek

Voor deze tip gaan we even iets dieper in op het spijsverteringskanaal. De dikke darm is een groot verterings-vat, waar spijsverterings-enzymen vezels afbreken tot bruikbare deeltjes. Maar het is belangrijk dat dit 'vat' continue gevuld is met vezels, daarmee voorkom je dat zand neer kan dwarrelen. Krijgt je paard te weinig vezels dan zakken zware dingen zoals zand, vuil, etc. naar beneden en kunnen ze gaan ophopen. 

Geef je paard dus zo veel mogelijk hooi verdeeld over de dag (minimaal 2kg hooi per 100kg lichaamsgewicht per dag, dat is 10kg bij 500kg paard). Heeft jouw paard last van overgewicht zorg dan dat je arm hooi voert zodat je paard wel de hele dag door kleine beetjes kan eten zonder er nog dikker van te worden. Naast ruwvoer raden we ook aan ander vezelrijk voedsel te geven. 

Tip 4: Lekker bewegen

Probeer je paard zo veel mogelijk (vrije) beweging te geven. Dus lekker naar buiten en een mogelijkheid tot ruwvoervariatie zou helemaal leuk zijn. Je kunt hierbij denken aan bijvoorbeeld wilgentakken of kleine hooinetjes op verschillende plekken hangen. Gevarieerde aanvoer van ruwvoervezels en lekker bewegen ondersteunen een goede spijsvertering. En hoe beter die werkt, hoe kleiner de kans is op koliek. 

Tip 5: Voldoende en schoon drinkwater

Het is ten alle tijde belangrijk dat je paard altijd beschikking heeft over voldoende schoon drinkwater. Te weinig water bleek één van de problemen te zijn bij onderzoek naar verschillende vormen van koliek. Dus zorg altijd voor toegang tot water! 

Drinkt jouw paard uit een natuurlijke poel? Let er dan op dat die niet te ondiep wordt. Ook hierdoor komt vaak ontzettend veel zand mee naar binnen en zul je toch watet moeten aanbieden uit bakken. 

Tip 6: Regelmatig een Psyllium zandkuur

We raden je aan om regelmatig een preventieve zandkuur te geven. 1 keer per 1 tot 3 maanden afhankelijk van de risico's in jouw situatie. Zo help je te voorkomen dat zand de kans krijgt op te hopen. Vitalbix PsylliumMash is hiervoor een fijn product. 

De bovengenoemde tips zijn geen wondermiddelen en geven geen garantie dat je paard geen koliek kan krijgen. Maar hoe meer tips je kunt toepassen hoe kleiner de kans op zandkoliek is en hoe beter het welzijn van je paard is!

Hoe herken je klachten van te veel zand in de darmen?

Veel voorkomende symptomen van paarden die last van zand in hun darmen hebben zijn: 

  • - diarree / dunne mest
  • - gewichtsverlies
  • - verminderde eetlust
  • - acute, chronische of terugkerende koliek
  • - hoefbevangenheid
  • - slechte prestaties/lusteloosheid
  • - slecht buigen rechtsom (bij zand in de blinde darm)

 

Een paar concrete voorbeelden:

Diarree ontstaat volgens onderzoek waarschijnlijk door druk, afknelling van bloedstromen en inwendige schaafwondjes aan de darmwand. Een beschadigde darmwand neemt slechter voedingsstoffen en vocht op. Om diezelfde reden kan gewichtsverlies en lusteloosheid ontstaan.

Hoefbevangenheid is een ander gevolg. Gifstoffen (endotoxines) komen soms onbedoeld in de bloedstroom door de beschadigingen in de darmwand. Dat veroorzaakt of verergert allerlei problemen, waaronder hoefbevangenheid.

Twijfel je of vertrouw je hiet niet? Neem dan contact op met je dierenarts. Niet alle paarden laten even duidelijk symptomen zien terwijl het probleem er al wel langer kan zijn. 

Hoe kun je testen of er zand in de darmen zit?

Je kunt eenvoudig en snel zelf een test doen bij je paard om te checken of er zand in de armen zit. Ook al zie je geen symptomen, testen is altijd aan te raden! Er zijn verschillende manieren om dit te doen: 

Manier 1 – met een zakje of handschoen

Doe een handvol mest in een doorzichtige handschoen of boterhamzakje en vul dit aan met water. Hang dit op en wacht een paar minuten. Het aanwezige zand zal naar de vingertoppen zakken. Meestal zie je hier wel een beetje zand in zitten. Een halve theelepel is acceptabel, maar meer niet. 

Manier 2 – met een emmer

Neem een emmer water en 2 flinke handen vol mest en roer dit goed door.
Laat het 10 minuten staan en roer nogmaals stevig. Wacht nog een keer 1 minuut en giet nu voorzichtig het water met de mest eruit.
Blijft er meer dan een halve theelepel zand achter? Dan moet je actie ondernemen.

Blijf regelmatig testen!

Ondanks dat testen niet 100% betrouwbaar is blijf het wel doen om zo veel mogelijk informatie te krijgen. Een paard poept zand niet mooi gelijkmatig uit. Het komt maar af en toe mee naar buiten. Wij raden daarom aan om elke maand minstens 3 dagen achter elkaar te testen.

De hoeveelheid zand in de test zegt echter nog niet direct iets over de hoeveelheid zand in de darmen. Als je geen zand vindt, is dat ook geen garantie dat er niet (te)veel zand in de darmen zit.

Waarom is het dan wel verstandig om te testen? Vind je veel zand in de test, dan weet je wel zeker dat er teveel zand in de darmen zit. Dan kun je direct een zandkuur geven en een wat hogere dosering aanhouden. Tevens kun je dan je paard extra goed in de gaten houden! 

Het beste is om sowieso 1 keer per 1, 2 of max 3 maanden preventief een kuur te geven, ook wanneer je de mest niet test. Juist om te voorkómen dat dat (altijd) aanwezige zand de kans krijgt op te bouwen.

Was er zand geconstateerd en heb je een kuur gegeven? Doe de test dan een tijdlang wekelijks. Vertrouw je het niet, neem dan altijd contact op met je dierenarts.

Een zandkuur geven

Tip 1: Geef genoeg Psyllium

Een zandkuur bestaat meestal grotendeels uit Psyllium. De Psylliumzaadjes zwellen op en helpen zo zand af te voeren. Het is belangrijk dat je de aanbevolen hoeveelheid hierin aanhoudt. Een te lage dosering doet namelijk niet zo veel in de dikke darm bij een paard. 

Tip 2: Vitalbix PsylliumMash

De Vitalbix PsylliumMash voldoet aan de juiste samenstelling en paarden eten het vaak graag. Het is snel klaar en heeft een goede prijs/kwaliteit verhouding. 

Vitalbix PsylliumMash

Drachtige merrie? Pas haar rantsoen op tijd aan!

Rantsoen drachtige merrie

Vanaf ongeveer de 8e maand van de dracht heeft je merrie een verhoogde behoefte aan energie en eiwitten. Ook stijgt de behoefte aan calcium, fosfor, magnesium en is het belangrijk om voldoende koper, zink en mangaan te voeren. Het is daarom belangrijk om het rantsoen van je merrie tijdig aan te passen om ervoor te zorgen dat het veulen zich optimaal ontwikkelt en je merrie in goede conditie blijft.

Lees meer

Gastblog van Vitalbix: De gevaren van te weinig beweging & 5 voedingstips voor de winter

De gevaren van te weinig beweging & 5 voedingstips voor de winter

Veel paarden staan in de herfst- en wintermaanden meer op stal dan in de zomermaanden en krijgen daardoor automatisch minder vrije beweging. Soms is er alleen een buitenbak en het weer is doorgaans slechter. Kortom: het aantal uur beweging is vaak om meerdere redenen minder. Bij paarden die rustig op stal staan lijkt dit geen probleem. Maar schijn bedriegt, want paarden moeten kunnen bewegen om gezond te blijven!

Lees meer